Maandoverzicht - juli 2024
In juli stuurden lagere inflatiecijfers en een daling van de groeiverwachtingen voor de meest belangrijke economische blokken de rentes lager. Obligaties profiteerden van deze daling terwijl de aandelenmarkten twijfelden of de daling in de rentes de verminderde groeiverwachtingen kon compenseren.
Ook de politiek beroerde de markten. In Frankrijk eindigde een gevreesde overwinning voor extreem rechts of links in een erg verdeeld parlement. Een mislukte aanslag op presidentskandidaat Trump deed zijn overwinningskansen stijgen. Al besliste president Biden om zichzelf niet meer verkiesbaar te stellen ten voordele van vicepresident Kamala Harris.
Op de aandelenmarkten stonden grote technologiebedrijven onder druk ten voordele van kleine en middelgrote bedrijven. Dit woog op de Amerikaanse S&P500 index die in eurotermen slechts 0,26% hoger ging. Europese aandelen stegen met 1,32% terwijl de groeilanden (-1,00%) het moeilijk hadden door zwakke economische cijfers uit China.
De Magnificent 7 aandelen (Nvidia, Tesla, Meta Platforms, Ap-ple, Amazon, Microsoft en Alphabet) startten juli sterk. Op 10 dagen tijd noteerden ze al meer dan 10% hoger. Toch verloren ze tegen het einde van de maand al hun winst om uiteindelijk zelfs met verlies af te sluiten. Er sloop wat onzekerheid in de markt over de mogelijkheden van AI om voor winstgevende groei te zorgen. De S&P500 index kon daarom in eurotermen slechts met 0,26% stijgen. Dit terwijl de S&P500 Equal Weight index, waarin alle aandelen een gelijk gewicht krijgen, in juli 3,49% hoger ging.
Na de nederlaag van zijn partij in de Europese verkiezingen riep de Franse president Macron nieuwe verkiezingen uit. Dit werd gezien als een serieuze gok. In de eerste stemronde voor deze parlementsverkiezingen werd de radicaal-rechtse partij Rassemblement National (RN) net als bij de Europese verkiezingen de grootste. In Frankrijk verlopen de parlementsverkiezingen echter altijd in twee rondes. Meer dan tweehonderd kandidaten uit de partijen van Macron en de linkse alliantie trokken zich terug uit de tweede ronde om zo de wind uit de zeilen te nemen van de partij van Marine Le Pen en Jordan Bardella. Dit zorgde uiteindelijk voor het verrassende resultaat van een overwinning voor het linkse blok. Macron’s partij eindigde tweede. Geen enkele groepering haalde echter een meerderheid in het parlement. Op een vreemde manier stelde dit de markten gerust. Het zal op deze manier namelijk moeilijk zijn om zowel linkse als rechtse beleidsbeslissingen te implementeren. Een politieke blokkering lijkt momenteel het meest waarschijnlijk. De rentevoeten in Frankrijk herstelden hierdoor.
Ook in de Verenigde Staten ging er veel aandacht naar het politieke toneel rond de presidentsverkiezingen die op 5 november zullen plaatsvinden. President Joe Biden probeerde in een brief aan de Democratische congresleden de rebellie tegen zijn kandidatuur de kop in te drukken. Hij stelde dat hij ondanks alle speculaties in de pers en elders, vastbesloten bleef om in deze race te blijven.
Een mislukte moordaanslag op presidentskandidaat Trump verhoogde de kans op een overwinning van de Republikein. Dit leidde tot een steiler worden van de rentecurve en een stijging van aandelen uit bijvoorbeeld de oliesector. Chinese maar ook Europese aandelen stonden hierdoor onder druk. De druk op president Biden om zich niet meer kandidaat te stellen nam echter verder toe waardoor deze uiteindelijk toch besliste om zich terug te trekken en vicepresident Kamala Harris naar voren te schuiven. Europese aandelen herstelden hierdoor.
De Chinese economie groeide volgens een officiële raming over het tweede kwartaal met 4,7%. Zwakke binnenlandse consumptie en de met schulden overladen vastgoedsector blijven de economie onder druk zetten. Ook de officiële PMI-cijfers geven weinig hoop op beterschap. De officiële Chinese PMI voor de verwerkende industrie kromp voor de tweede opeenvolgende maand naar 49,5. De officiële PMI voor de niet-verwerkende industrie kwam in juni uit op 50,5 tegenover de verwachtte 51,0 en in vergelijking met een waarde van 51,1 in mei.
In China blijft ook de deflatoire druk sterk, de prijzen aan de fabriekspoorten daalden op jaarbasis met 0,8% terwijl de consumentenprijzen slechts 0,2% hoger gingen. De Chinese centrale bank verlaagde daarom uiteindelijk toch haar beleidsrente om de economische groei en inflatie aan te jagen.
De Amerikaanse economie toonde zich tot op heden erg weer-baar. De economie groeide in het tweede kwartaal met 2,8%, wat meer was dan verwacht. Echter merkten we tekenen van een vertraging in de arbeidsmarkt. Het laatste werkgelegenheidsrapport toonde een banengroei van 206.000 werknemers, maar de vorige twee maanden werden met 111.000 negatief bijgesteld. De werkloosheid steeg met een tiende tot 4,10%, al moeten deze cijfers genuanceerd worden omwille van het feit dat het participatiecijfer verder blijft stijgen. Dit wil zeggen dan meer en meer mensen zich opnieuw beschikbaar stellen voor de arbeidsmarkt.
De inflatie in de Verenigde Staten lijkt wel onder controle te raken. In juni vielen de prijzen zelfs met 0,1% terug om op jaarbasis uit te komen op een groei van 3%. Ook de kerninflatie daalde onverwacht van 3,4% naar 3,3%. De stijging in de huurprijzen, die lang één van de aanstokers was van de inflatie, lijkt ook te vertragen.
Deze minder goede werkgelegenheidscijfers gecombineerd met de gunstige evolutie in de inflatie leidden tot een sterke stijging van Amerikaanse staatsobligaties. De rente op Amerikaans staatspapier met een restlooptijd van 2 jaar daalde van 4,75% naar 4,26%. De markten beginnen dan ook steeds meer renteverlagingen door de Amerikaanse centrale bank in te prijzen. Voorzitter Powell herhaalde de boodschap van de Fed dat ze "meer vertrouwen" nodig hadden dat de inflatie op weg was naar haar doel. Niettemin zei hij ook expliciet dat "verhoogde inflatie niet het enige risico is waar we mee te maken hebben" en wees hij erop dat een te restrictief beleid "de economische activiteit en werkgelegenheid onnodig zou kunnen verzwakken" en dat "de arbeidsmarkt nu aanzienlijk is afgekoeld". Er was dus een erkenning van het risico van te lang wachten met ingrijpen. De markten verwachten nu ongeveer drie renteverlagingen in de VS tegen het jaareinde. Door deze vooruitzichten ging de dollar 1,05% lager.
In Europa groeide de economie in het tweede kwartaal met 0,3%. Deze groei viel iets hoger uit dan verwacht, ondanks een krimp van 0,1% voor de Duitse economie. De PMI-cijfers blijven een erg beperkte economische groei voorspellen. Voor de Eurozone kwamen deze in juli uit op 50,10. In Frankrijk en Duitsland doken ze onder de 50, wat wijst op een economische krimp. In de Eurozone kwam de inflatie uit op 2,6% terwijl de kerninflatie 2,9% bedroeg. De inflatiecijfers stabiliseren hier al een tijdje. De markten verwachten iets meer dan twee renteverlagingen tegen het jaareinde. De eerstvolgende verlaging zal waarschijnlijk in september plaatsvinden.
Japan blijft een buitenbeentje op monetair vlak. Geholpen door hogere energieprijzen steeg de inflatie er naar 2,8% op jaarbasis. De Japanse centrale bank verhoogde daarom de rente van 0% naar 0,25%. Deze actie van de Japanse centrale bank duwde de waarde van de Japanse yen hoger, al noteert de munt nog steeds dicht bij haar laagste peil sinds decennia.
Dit volledige artikel wordt louter ter informatie gepubliceerd. Het is niet bedoeld als beleggingsadvies en bevestigt geen enkele verrichting, tenzij dit met uitdrukkelijk akkoord werd overeengekomen. De informatie in dit document komt van diverse bronnen. FinFactor NV besteedt de grootst mogelijke zorg aan de keuze van die bronnen en het doorgeven van die informatie. Toch kunnen fouten of weglatingen in die bronnen of processen niet a priori worden uitgesloten. Dit document mag uitsluitend gereproduceerd worden met het voorafgaand schriftelijk akkoord van FinFactor NV. De intellectuele eigendomsrechten van FinFactor NV dienen te allen tijde nageleefd te worden.
